Onrust in de stad

Brielle bevrijdde zich opnieuw

Door: Streekarchief Voorne-Putten
Elk jaar op 1 december wappert de Nederlandse vlag in de top van de St. Catharijnekerk. Het is zo’n traditie waar lang niet iedereen het achterliggende verhaal van kent. Bij iedere rechtgeaarde Briellenaar staat 1 april in het geheugen gegrift, maar het minstens zo spectaculaire verhaal over het verjagen van de Franse bezetting uit de stad op 1 december 1813 is veel minder bekend.

Tijdens de Volkerenslag op 16 oktober 1813 werd Napoleon definitief verslagen. Deze nederlaag maakte duidelijk dat het einde van het Franse rijk definitief nabij was. Dat leidde in Brielle tot uitingen van Oranjegezindheid: tijdens de weekmarkt op maandag 15 november werden verschillende oranjeliederen gezonden en zelfs ‘Oranje Boven’ geroepen. De Franse commandant Marchapt riep onmiddellijk het garnizoen onder de wapenen, maar de burgemeester J.M. Heeneman meende dat ingrijpen juist een averechts effect zou hebben. Hij verbood daarom samenscholingen en probeerde de partijen tot rust te manen.

In Brielle bevonden zich op dat moment een kleine duizend militairen, waarvan de grootste groep het Korps étrangers was. Dit bestond uit vier compagnieën Pruisische manschappen met in totaal 500 man, en een ploeg Nederlandse Kustkanonniers. De Brielse schutterij telde zo’n 150 leden, en die groep leek dus in de minderheid om tegen de Franse overmacht in opstand te komen. Maar de loyaliteit van de Pruisische étrangers was op z’n minst twijfelachtig: zij leken meer de zaak van de Nederlanders dan van de Fransen te steunen. Ook de kustkanonniers zouden zich direct bij de opstandelingen aansluiten. In feite waren de Fransen dus in de minderheid en ze hadden alle reden tot zorg.
Onbetrouwbaar als dat Pruisische garnizoen bleek te zijn, liet de Franse commandant het maar vertrekken. De verdediging die hij overhield te klein was om een eventuele aanval door opstandige Brielse schutters af te slaan. Marchapt besloot daarom alle Franse militairen op de Markt samen te brengen. Vanaf het pleintje werden de kanonnen gericht op de vier straten die hier op uit kwamen: de Voorstraat, de Nobelstraat, de Vischstraat en de Koopmanstraat. Met deze opstelling wachtte de commandant op een versterking uit Hellevoetsluis.

De strijd om Brielle

De ploeg Nederlandse Kustkanonniers, die gelegerd waren in een barak langs de Dijkstraat, waren intussen volledig bewapend en onrustig. Magazijnmeester Lux sprak ze toe: ,,Mannen komt voort. Dood of vrij!’’, waarna de ploeg op weg ging. Op het kogelpark op Bastion VII haalden ze twee kanonnen en munitie.
De opstandelingen werden opgemerkt toen ze in de Nobelstraat verschenen. Zij vuurden het eerste schot, maar het tegenvuur van de Fransen maakte direct vijf gewonden. ,,Vanaf dat oogenblik af daverde het kanon zonder ophouden en knetterde het geweervuur,’’ dramatiseerde Johan Been de gevechten. ,,de worsteling om het bezit van de stad had een aanvang genomen.’’
De Fransen hadden een zeer strategische locatie, die nauwelijks te benaderen was vanwege de opgestelde kanonnen. Via de Venkelstraat wisten de opstandelingen de Koopmanstraat te naderen en ze besloten daar een van hun eigen stukken geschut op te stellen. Ze werden echter al spoedig door de Fransen opgemerkt, maar ondanks het felle Franse vuur hielden ze stand.
Vanaf de Venkelstraat bereikten de opstandelingen de gevangenis en via een binnenplaats konden ze doordringen tot in het stadhuis. Tot hun grote verbazing werden hier geen Franse wachters aangetroffen, zodat ze ongehinderd het stadhuis konden innemen. Vanuit de ramen van de raadzaal beschoten ze de Fransen op de Markt. Terwijl die dekking zochten, konden de overige opstandelingen via de Koopmanstraat en een brandgang de Markt naderen en werden de Fransen steeds verder in het nauw gedreven. Spoedig was de overwinning binnen handbereik. De strijd duurde al met al zo’n anderhalf uur, toen gaven de Fransen zich over en had Brielle zichzelf bevrijd.

Pin It on Pinterest

Share This